Grote Kerk Oss Heilig Hart Oss Willibrordus Berghem Servatius Megen Lambertus Haren Petrus' Banden Macharen
Grote Kerk Oss Heilig Hart Oss Willibrordus Berghem
Servatius Megen Lambertus Haren Petrus' Banden Macharen



Mijn mening / geheim / gedachten

gepubliceerd: dinsdag, 27 augustus 2024

Meer dan 2½ miljoen mensen gaan in Neder­land regel­ma­tig naar de kerk. Zij geloven niet alleen in Jezus, maar ook in het samen beleven van geloof. Van met elkaar zoeken naar ant­woor­den en zin­ge­ving tot de saam­ho­rig­heid en het omzien naar hun mede­mens. Wat is geloof voor jou? Wat is volgens jou de kracht van de kerk? Wat zorgt ervoor dat mensen zich thuis voelen in hun kerk? En wat maakt hen trots?

Om je te in­spi­re­ren heb ik bij­zon­dere meningen voor je, van personen die over de kracht van de kerk in Neder­land en in het bui­ten­land ver­tellen. Hierbij nodig ik je ook uit om zelf je gedachten, geheim en of mening hierover te uiten in een volgende editie van het pa­ro­chie­blad en de web­si­te. In deze editie aan het woord uit Berghem: Geert, Yolanda en Ineke.

1. Mijn verhaal door Ineke Mulders

Op zoek naar inner­lijke rust, stapte ik, Ineke (64), op mijn tweeën­veer­tigste de Wil­li­brordus­kerk in Berghem binnen. Een plek waar ik troost en een thuishaven vond, omdat ik op die bewuste woens­dag­mor­gen overrom­peld werd door een sprankelend maar rust­ge­vend orgelspel. Met bewon­dering heb ik ruim een uur naar deze prach­tige kerk­mu­ziek geluisterd. Van­wege de erns­tige en uit­zicht­loze ziekte van mijn man zocht ik een houvast, hoop en een teken. Dit teken ont­ving ik uit on­ver­wachte hoek. Een vrijwilligster die bij mij ging zitten bid­den en haar hand op mijn gevouwen han­den legde. Door dit gebaar en een wijze les van haar, kreeg ik kracht om te aan­vaar­den en hoop om door te gaan. Ze ver­telde mij dat God het waar­schijn­lijk te druk had om al onze wensen te beant­woor­den. Zoek naar een helper en/of een heilige die je om een gunst kunt vragen. Ik zocht en vond hem. In een heel oud gebe­den­boekje van mijn oma waar meer­dere gebe­den voor een doel opge­te­kend ston­den. Toen ik na dit lieve gesprek de kerk verliet, was er een zonne­straal die mij naar buiten begeleidde. Weer zo’n licht­straal begeleide jaren later mijn vader tij­dens zijn afscheids­dienst toen hij uit de kerk werd gedragen. Dit was voor mij een bevesti­ging om door te gaan.

Er is meer tussen hemel en aarde en sindsdien ga ik weke­lijks naar mijn kerk en onder­vind ik de liefde van Jezus. Ik kan mezelf zijn en voel me vrij. De aanwe­zigen voelen als familie. Vroe­ger ging ik op zon­dag altijd naar mijn opa en oma. Mijn ooms, tantes, neefjes en nichtjes waren daar ook. De kerk doet me soms denken aan die tijd. De mensen in mijn kerk zie ik ook een beetje als familie. We zijn niet allemaal het­zelfde, maar dat is in een gezin ook niet zo. Dat is juist zo mooi. We helpen waar we kunnen en moe­digen anderen aan. We staan voor elkaar klaar als er uit­dagingen zijn. Dat is en blijft voor mij heel waarde­vol.

2. Mijn mening door Geert Grosfeld

“Ik geloof in God, de almach­tige Vader.” Dit waren de woor­den die in mijn geheugen staan ge­schre­ven. Als jongeling hoorde ik deze woor­den bij het Rozen­krans­ge­bed dat elke avond in ons gezin gebe­den werd. Ik kom uit een gezin van 13 kin­de­ren: 6 meisjes en 7 jongens. Een pracht gezin, waar de ouderen de jon­ge­ren le­vens­les­sen gaven. Mijn ouders hiel­den de controle, zodat er geen mis­ver­stan­den kon­den ontstaan. Er werd voor en na het eten gebe­den. De kleintjes baden onder lei­ding van Moesje, de aanspreek­naam van onze moe­der, een passend gebed voor het slapen­gaan. En dat was het. Geen gesprekken over gods­dienst of zaken hierover. Het katho­liek geloof was in ons Brabant de gewoonste zaak van de wereld. Je ging op zon­dag naar de kerk, liefst tweemaal. ’s Morgens naar de Heilige Mis en ’s mid­dags naar het Lof, een gebeds­dienst voor de Heilige Maagd Maria, de moe­der van Jezus.

Op­val­lend is dat er in dit grote gezin niemand dienst verleend heeft in de kerk. We hielpen elkaar als het nodig was. Nu noemen ze het vrij­wil­li­gers­werk, maar wij zetten ons toen in voor de ge­meen­schap en zagen om naar onze mede­mens. Als kind nam je voor zeker aan alles wat de kerk of je ouders je leer­den. Zij geloof­den wat de kerk als waar­heid aan de gelo­vi­gen voorhield. Dat was een geruststellende gedachte. Als tiener had ik zo mijn twijfels en ging over bepaalde “zeker­he­den” nadenken. Waarom is dit zo en wie maakt al die regels. Ik ben nu 91 jaar en nog steeds leef ik met die onzeker­he­den. Voor mij is nu het bezoek aan de Heilige Mis een ver­die­ping van mijn per­soon­lijk geloven in de mens Jezus, zijn moe­der Maria en de liefde van mensen voor elkaar, de wereld, plant en dier. Ik neem niet alles meer als waar aan omdat anderen dat zeggen. Ik heb mijn eigen verant­woor­de­lijk­heid en dat zegt: “Ik weet en voel dat ik een goed mens ben”. Ik houd van de mede­mens en probeer de wereld een beetje beter te maken. Ik wil nog steeds horen bij de kerk van vroe­ger en nu.

3. De kracht van mijn kerk door Y.A. den Blanken

In een wereld die voort­du­rend veran­dert, biedt de katho­lie­ke kerk een gevoel van rede­lijke stabili­teit. Dit blijkt uit de uni­ver­se­le structuur van de Eucha­ris­tie­vie­ring. Ongeacht waar je bent of welke taal er ge­spro­ken wordt, de opzet van de mis is herken­baar en ver­trouwd. Dit aspect van de kerk biedt mij rust en zeker­heid, doordat ik altijd een plek heb waar ik me thuis voel. De erva­ring van de Eucha­ris­tie, zelfs in een andere taal, geeft me een gevoel van ver­bon­den­heid met de we­reld­wijde katho­lie­ke ge­meen­schap. Deze gemeen­schap­pe­lijk­heid, ver­sterkt door gedeelde rituelen, schept een gevoel van een­heid. De herken­ning en het begrijpen van de mis, ongeacht de taal, ver­sterkt de band met de uni­ver­se­le kerk.

Naarmate ik ouder werd, ben ik de uiter­lijke pracht van kerken min­der be­lang­rijk gaan vin­den. In plaats daar­van ben ik meer gaan waar­de­ren wat het geloof zelf betekent en biedt. De rituelen, de ge­meen­schap en de diepere waar­den zijn voor mij nu veel bete­ke­nis­voller. Het geloof heeft me een inner­lijke rijkdom gegeven die ver­der gaat dan de fysieke omge­ving. De catechese-lessen die ik volg in onze pa­ro­chie zijn een voor­beeld van de edu­ca­tieve rol van de kerk. Deze lessen bie­den een dieper inzicht in het geloof en onder­steunen de spi­ri­tu­ele vor­ming. Het besef dat er altijd meer te leren valt, bena­drukt de rol van de kerk als een bron van voort­du­rende edu­ca­tie en groei.

Ook denk ik dat we kunnen leren van elkaar, niet alleen in onze eigen pa­ro­chie maar ook van pa­ro­chies buiten de onze. Dit aspect van de kerk moe­digt uit­wis­se­ling en samen­wer­king aan, waardoor we kunnen groeien door nieuwe perspectieven en erva­ringen. Het bena­drukt de waarde van een open en verbon­den kerk, waar weder­zijds leren wordt ge­sti­mu­leerd.

Samen vormen deze aspecten een beeld van de katho­lie­ke kerk als een plaats van rede­lijke stabili­teit, ge­meen­schap, edu­ca­tie en spi­ri­tu­ele groei. Ze be­na­druk­ken zowel de in­di­vi­duele als col­lec­tieve dimensies van het ge­loofs­le­ven binnen de kerk.