Leven, sterven, hemel, vagevuur
Tijd door het Jaar
1) Kan iemand die sterft daarna meteen in de hemel zijn?
Heiligen vieren we of gedenken we in de Tijd door het Jaar
Na Pinksteren begint liturgisch gezien in de kerk de Tijd door het Jaar. Vele heilig verklaarde personen worden herdacht in kerkelijke feesten of gedenkdagen. Vaak is dat op de sterfdag van zo’n heilige oftewel de geboortedag in de hemel. Zo’n heilige kan je aanroepen omdat je mag geloven dat die in de hemel bij God is en dus intermediair voor ons kan zijn als voorspreker en als persoon die in zijn leven verdiensten heeft vergaard en zo “recht van spreken“ heeft naar God toe. Tevens kan zijn levensgeschiedenis een voorbeeld voor ons zijn van christelijk leven. Maar als een dierbare sterft, bijvoorbeeld als je moeder overlijdt, zoals mijn moeder de vrijdag voor de Goede Week gestorven is, kan zo iemand ook in de hemel zijn? Op deze vraag ga ik in deel 1 in. In het volgende parochieblad ga ik in op de vraag: En laat zo iemand voorbeelden na van christelijk leven?
Kan mijn moeder in de hemel zijn? Eerst iets over de vraag of mijn moeder in de hemel kan zijn. Kapelaan Kerckhofs heeft haar op haar sterfbed het sacrament van de zieken toegediend. Desgevraagd legde hij de leer van onze Moeder de Rooms Katholieke Kerk uit. Als iemand op zijn sterfbed buiten bewustzijn dat Sacrament van de Zieken ontvangt, dan is daar een pauselijke volle aflaat aan verbonden. Dat wil zeggen dat al de zonden van de stervende vergeven zijn en al de straffen opgeheven uit kracht van het sacrament. Zo iemand gaat dus rechtstreeks naar de hemel. Wat een kostbaar geschenk is dat! Dat mag toch wel wijd verbreid bekend gemaakt worden, zou ik zeggen. Mijn moeder heeft altijd erg verlangd naar dat sacrament van de zieken.
De ziekenzalving en mijn moeder
Mijn moeder vertelde sporadisch over haar eigen geloof. Maar eens was er wel zo’n moment. Haar broer was overleden. Ze vertelde dat ze het altijd jammer gevonden had dat mijn vader plotseling gestorven was en het sacrament van de zieken niet had kunnen ontvangen. Dat wilde ze zelf wel heel graag ontvangen. En daar bad ze elke avond voor. Voor haarzelf, haar kinderen en aangetrouwde kinderen en kleinkinderen. Dat als hun tijd gekomen was, dat ze het sacrament van de zieken konden ontvangen. Zelf heeft ze dat sacrament gelukkig zelfs drie keer mogen ontvangen, de laatste keer op haar sterfbed. Daarna heeft ze drie dagen, met om de paar uur een beperkte dosis morfine, heel rustig in bed geslapen en is ten slotte een natuurlijke dood gestorven, volkomen uitgeput.
Preek
In mijn preek tijdens de Mis van de uitvaart waaruit ik diverse keren hierboven geciteerd heb, richtte ik ten slotte een laatste woord tegen mijn moeder in de kist: “Mama, wij vertrouwen u toe in deze H. Mis van requiem aan Onze Lieve Heer, waar Christus zelf voor u in de bres springt met zijn kruisoffer. Het lijden van Christus wat u zo geraakt heeft. Het lijden en het offer van Christus dat zoals u zelf zei, voor de ander, en nu voor u is. Moge de Engelen u geleiden naar het paradijs zoals we op het einde van de Mis zullen zingen in het “In Paradisum”. Moge een van de vele woningen in het huis van God de Vader voor U zijn!” Amen.
H. Mis en vagevuur
Na de Ziekenzalving heeft de kerk nog een zeer krachtig hulpmiddel voor overledenen die nog niet in de hemel zijn, maar in het Vagevuur. Een situatie van lijden omdat men in zijn leven tekort geschoten is en daarom moet wachten op de vereniging met de Heer. En dat wachten op de geliefde Heer, in een ziele situatie van reinigen, is zeer pijnlijk. Als Onze Lieve Heer via het Misoffer de boete compenseert van degene die in het Vagevuur zit, is die persoon daar zeer mee geholpen. Vandaar een Mis van Requiem, vandaar Missen laten lezen voor overledenen. Onze Moeder de Kerk biedt net als het sacrament van de Zieken ook hier weer een enorme schat aan waarover wij mogen beschikken. Wat een kostbaar geschenk is dat! Dat mag toch wijd verbreid bekend gemaakt worden, zou ik zeggen.
2) Laat iemand die sterft voorbeelden na van christelijk leven?
Heiligen vieren we of gedenken we in de Tijd door het Jaar
Na Pinksteren begint liturgisch gezien in de kerk de Tijd door het Jaar. Vele heilig verklaarde personen worden herdacht in kerkelijke feesten of gedenkdagen. Vaak is dat op de sterfdag van zo’n heilige oftewel de geboortedag in de hemel. Zo’n heilige kan je aanroepen omdat je mag geloven dat die in de hemel bij God is en dus intermediair voor ons kan zijn als voorspreker en als persoon die in zijn leven verdiensten heeft vergaard en zo “recht van spreken“ heeft naar God toe. Tevens kan zijn levensgeschiedenis een voorbeeld voor ons zijn van christelijk leven. Maar als een dierbare sterft, bijvoorbeeld als je moeder overlijdt, zoals mijn moeder de vrijdag voor de Goede Week gestorven is, kan zo iemand ook in de hemel zijn? Daarover ging deel 1 in de vorige editie van het parochieblad. Nu ga ik verder in op de vraag: En laat zo iemand voorbeelden na van christelijk leven?
Kruisweg, navolging van Christus, Goede Vrijdag
Mijn moeder heeft een enorm proces van loslaten of onthechting meegemaakt. Toen ze begin tachtig was reed ze nog vele kilometers met de auto en vloog ze nog naar Australië. Op het laatst zat ze weken lang in een stoel waar ze zelf niet meer uit kon komen. Afgelopen jaren waren voor haar letterlijk een kruisweg waar ze minstens drie keer gevallen was en weer opgestaan. Ze werd het laatste jaar in een verpleeghuis opgenomen waar ze tegen ons geweldig kon mopperen op verplegers en verzorgers. Het loslaten van het leven en de overgave aan God ging niet zonder slag of stoot. Wel zei ze meestal na het mopperen: “Er zitten ook wel lieve mensen tussen hoor”. Enkele lieve mensen hebben inderdaad onze moeder op allerlei gebied, heel lang en heel veel, liefdevol bijgestaan. En over het lijden van Christus zei ze eens: “Als mens - Jezus was ook mens - heeft Hij zoveel geleden. Daar heb ik het toch zo mee te doen. Waar het voor nodig is, dat weet ik niet. Maar dat Hij dit allemaal voor een ander gedaan heeft!”
Persoonlijk gebed
Haar zorgen legde ze elke avond in gebed bij Onze Lieve Heer neer. Ze snapte het niet. Die en die gingen ook steeds minder naar de kerk. Papa en ik hebben toch alles gedaan om ze gelovig op te voeden. Vroeger had ze aan ons kinderen catechese gegeven en als, zoals ze het zelf zei, als er schunnige beelden op de televisie kwamen, ging ze voor de televisie staan opdat wij die beelden niet zouden kunnen zien. Verder zei ze ooit: “Ik heb mijn eigen gebeden. Ik bid elke avond voor jullie jongens en voor alle kleinkinderen. Toen ze eind februari in de stoel zat en zichtbaar pijn leed en het moeilijk had en nauwelijks meer kon horen, schreef ik mijn vragen kort en in blokletters op, deed de grote lamp volop aan en liet haar de vraag lezen: “Kunt u nog bidden?” “Jazeker”, zei ze. Het klonk beslist en krachtig.
Sterven en leven na de dood
De laatste maanden kon ze niet meer naar de kerk. Elke maandag bracht ik haar de communie. En dan hebben we ook wel over het geloof gepraat. Eens opperde ik zo: “U kunt misschien wel honderd jaar worden. Maar hoe ziet u dat, leven na de dood? Denkt u daar wel eens aan? Hoe bereidt u zich daarop voor?” Haar antwoord was een geloofsgetuigenis, en nu een soort geestelijk testament waaruit ik hier graag citeer. “Hoe het dan is, dat weet ik niet. Of ik papa daar zie, dat weet ik niet. Of ik dan alleen ben, dat weet ik niet, maar ik denk het niet. Jezus heeft zelf gezegd: ‘In het huis van mijn Vader zijn vele woningen.’ (Joh 14,2) Ik geloof in Jezus Christus. Zelf,” zo vervolgde ze, “denk ik altijd aan het overlijden van mijn vader. Ik was daar bij en was blij dat ik daar bij mocht zijn. Op zijn sterfbed kwam hij ineens half overeind, keek verrukt en sloeg een groot kruis. Hij strekte zijn handen uit en straalde. Die werd afgehaald. Dat weet ik zeker. Hij was nog dagen boven de grond. En al die tijd straalde zijn gezicht. Het was erg mooi. Ik zal het nooit vergeten.”
Diaken Edwin Veldman